Regie: Oene Kummer

“Dit gaat niet passen,” wijst de man op het houten bankje waar de vrouw zit. Zo’n bankje waarvan er talloze in Nederland staan en waar je net niet met twee mensen op kunt zitten én 1,5 meter afstand kunt houden. Het ingetogen Bijna lente, gratis te zien op streamingdienst Cinetree, speelt zich af tijdens de eerste coronagolf.

De man en de vrouw (Hugo Koolschijn en Truus te Selle) hebben stiekem met elkaar afgesproken. Hij moest daarvoor in het holst van de nacht wegsluipen uit een revalidatiecentrum, ‘als een krijgsgevangene’. Dat klinkt bijna alsof Bijna lente een verzetsfilm is, maar gelukkig blijft scenarist Oene Kummer, die met deze korte film zijn regiedebuut maakt, grotendeels weg van politiek.

Bij het krieken van de dag wandelen de twee wat onwennig door het bos, sporadisch woorden wisselend. ­Flarden van herinneringen die een tipje van de lange geschiedenis ­tussen hen oplichten. Op andere momenten zijn de dialogen ongemakkelijk letterlijk, zoals wanneer de vrouw eraan refereert dat zij ‘het dorre hout van de samenleving’ worden genoemd. Het zijn woorden om de ruimte te vullen.

Want iemand kunnen aanraken is meer dan fysieke nabijheid, toont Bijna lente. Het is herkenning, vertrouwelijkheid, de bevestiging van samenzijn. Op 1,5 meter afstand van elkaar zoeken deze twee mensen naar een andere manier om de afstand te overbruggen. Dat doen ze veelal zwijgend. En laat het maar aan deze twee prachtacteurs over om de stilte te vullen.

Maar de misschien wel grootste troef van Bijna lente is het camerawerk van Claire Pijman (die de documentaire Living the Light over cinematograaf Robby Müller maakte). Haar beelden maken de ontluikende lente bijna tastbaar. De bleke zonnestralen, een voorzichtig ontspruitende loot; alles op het punt om open te barsten en het leven te omarmen.

https://www.parool.nl/kunst-media/bijna-lente-ontluikende-lente-in-woord-en-beeld-tijdens-de-eerste-coronagolf~b71a153e/